Klompvoet

Uit FysioPedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Een klompvoetje (medische benaming Talipes equinovarus) is een aangeboren afwijking, die bij 1 op de 1000 pasgeborenen voorkomt. Er worden tweemaal zoveel jongens met een klompvoetafwijking geboren als meisjes. Tevens hebben jongens vaker twee klompvoetjes. Bijna altijd spelen erfelijke factoren een rol. De benaming klompvoet geeft veelal verwarring, omdat dit niets met een klomp van doen heeft. De Engelse benaming "clubfoot" (club staat hier voor golfstok) is in dat opzicht een betere benaming.

De voetafwijking bestaat meestal uit meerdere onderdelen:

  • de equinus- of spitsstand: De voet staat naar beneden gekanteld
  • de varusstand: De voet staat naar binnen gekanteld
  • de adductiestand: De voorvoet wijst naar binnen, waardoor een kommavorm ontstaat.
  • de achillesspees is te kort.

Diagnose

Door een afwijking in de weke delen van de voet ontstaat een vervorming in de kuit en voet.

Behandeling

Meteen na de geboorte, meestal binnen 48 uur, wordt de klompvoet met gips behandeld zodat een juiste stand van de voet wordt getracht te vormen. Als na het ingipsen binnen 3 maanden het gewenste resultaat niet is bereikt (75% van de gevallen) dan zal operatief middels een achillespeesverlenging en eventueel middenvoetsbeentjescorrectie een verbeterde stand van de voet worden getracht te bereiken. Hierbij wordt gelet op de stand van de voet zodat de pasgeborene in de toekomst op een redelijk normale manier kan lopen. Dit alles zal tussen de 3 tot 24 maanden worden gedaan. Aan je enkels word je dan geopereerd en dan rekken ze je achillespees op.

Externe links